Rivier de Amstel

De naam Amstel is waarschijnlijk ontleend aan het woord Aeme-stelle, een oud Nederlands woord voor “waterachtig gebied”. Het woord Aeme-stelle komt ook voor in het oud Fries wat “het samenkomen van waterstromen” betekent. Het zou ook kunnen dat de naam Amstel van dit woord is ontleend aangezien even ten zuiden van Uithoorn de waterstromen van de Drecht en de Kromme Mijdrecht samenkomen. Het gebied langs de rivier de Amstel heet vanouds “Amstelland”.

Er zijn sterke vermoedens dat de benedenloop van de Amstel voor de twaalfde eeuw anders liep. Door het inklinken van het veen daalde de bodem van het Amstelland en draaide de stroomrichting van de Amstel naar het oosten, om via het Diemermeer een uitweg naar de Zuiderzee te zoeken. De uitwatering was niet optimaal en er werd waarschijnlijk een kanaal gegraven tussen de oer Amstel en een bestaand veenstroompje dat in het IJ uitmondde. Dit kanaal zou gegraven zijn tussen de Omval nabij het Amstelstation en de Blauwbrug, waar een bruikbare uitwatering naar het IJ stroomde. Dit verklaart misschien het onwaarschijnlijk rechte verloop van het stuk Amstel tussen de Omval en de Blauwbrug. Verder stroomt het riviertje de Waver even ten zuiden van Nes aan de Amstel in de Amstel en het riviertje de Bullewijk ter hoogte van Ouderkerk aan de Amstel.

Tijdens de extreem warme zomer van 2003 dreigde watergebrek in het Groene Hart, voor het eerst in de geschiedenis werd besloten de stroomrichting van de Amstel om te draaien. De rivier stroomde toen tijdelijk zuidwaarts.

 

Uithoorn

Uithoorn was vroeger letterlijk een uithoek ( hoorn is Oudnederlands voor hoek ), gelegen in de hoek van het Zijdelmeer en de Amstel. In de tiende eeuw waren Uithoorn en omstreken nog èèn groot veenmoeras. In de elfde eeuw werd echter dit gebied vanuit Mijdrecht ontgonnen om aan de toenemende vraag naar graan te voldoen. In de twaalfde en dertiende eeuw zijn tal van nederzettingen tot ontwikkeling gekomen, zoals Kudelstaart, Vrouwenakker, de Banken, de Kwakel, Uithoorn, Thamen, Blokland en de Hoef.

In de 16 e en 17 e eeuw was turf de belangrijkste brandstof in het houtarme Holland. Op grote schaal werd het veen uitgebaggerd, gedroogd en als turf verkocht aan met name Amsterdam. Gevolg was wel dat grote stukken weiland veranderden in plassen, sloten werden verbreed en de meren alleen maar groter werden. Onder andere de inwoners van het oude Thamen werden bedreigd door het Legmeer. Het grondwaterpeil steeg daar zo hoog dat de funderingen van het kerkje verzwakten en het begraven in de kerk meer begon te lijken op een “tewaterlating” dan op een “teraardebestelling”. In 1662 werd daarom het kerkje opgegeven en aan de hoge Amsteloever een nieuwe kerk gebouwd. Veel bewoners verhuisden mee waardoor in de Vinkebuurt een nieuw Thamen verrees, Thamen aan de Amstel genoemd.

De twee beide stormvloeden van 1836 waren directe aanleiding tot het besluit in 1839 het Haarlemmermeer droog te malen. In 1852 viel het meer droog. Twee jaar eerder was de Thamerbinnenpolder al drooggelegd. Tussen 1877 en 1883 werden de beide Legmeren drooggemalen. De tweede helft van de 19de eeuw betekende het einde van het isolement van Uithoorn, want zo mogen we de gemeente nu noemen. In 1798 was Thamen namelijk bij Uithoorn gevoegd, ondanks fel protest van de Thamers. In 1819 werden Kudelstaart, de Kwakel en Uithoorn bij de grensregeling tussen de provincies Holland en Utrecht bij eerstgenoemde provincie gevoegd. Daarmee kwam een einde aan de band van zo’n acht eeuwen met Utrecht.

 

Polder De Rondehoep

Vanaf het punt dat het riviertje de Waver de Amstel instroomt ligt rechts de polder De Rondehoep, vroeger ook wel de Rijke Waver genoemd. De Rondehoep is een stiltegebied en een van de grootste onbebouwde gebieden in de Randstad. De polder is 1266 ha groot, waarvan 900 ha grasland. In het noorden langs de ringdijk valt de polder in de bebouwde kom van Ouderkerk aan de Amstel, in het oosten en zuidoosten liggen de buurtschappen Stokkelaarsbrug en Waver.

Midden in de polder ligt een weidegebied van 165 ha dat sinds juli 2006 wordt ingericht en beheerd als weidevogelgebied als onderdeel van het herinrichtingproject Amstelland.

Over de 17 km lange, lusvormige ringdijk loopt een weg, die zowel voor auto’s als fietsers toegankelijk is en waarlangs verspreid boerderijen liggen. Verder bestaat de polder uitsluitend uit weilanden en waterwegen. Een “rondje Rondehoep” is een geliefd uitstapje voor wielrenners, trimmers, wandelaars, en stiltezoekers. Jaarlijks wordt er een hardloopwedstrijd gehouden, de Rondehoeploop.

Tussen circa 1100 en 1300 werd het gebied ontgonnen door vanaf de omringende, destijds lager gelegen veenstromen sloten te graven naar het midden van wat toen nog een dik pak laagveen. Het resulterende spinnenwebvormige slotenpatroon typeert nog steeds de verkaveling en vormt daarmee een bijzonder cultuurlandschap. Door het inklinken van het veen daalde de bodem en moest een ringdijk worden aangelegd.

Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Holland hebben in februari 2010 besloten de Rondehoep aan te wijzen als gebied dat gebruikt kan worden om bij dreigende overstromingen water op te vangen (een calamiteitenberging). In een dergelijk geval zal de polder geïnundeerd worden met gemiddeld circa 50 cm water. Dijkjes moeten de bewoners van de polder beschermen tegen het water.

De Stichting Beschermers Amstelland had de Ronde Hoep in 2010 voorgedragen voor de Voorlopige Lijst Werelderfgoed, een stap in de procedure die zou moeten uitmonden in plaatsing op de Werelderfgoedlijst van Unesco.

Polder de Rondehoep stond echter niet op de nieuwe lijst met kandidaat werelderfgoederen, die op vrijdag 12 november 2010 is gepubliceerd. Het onderscheid tussen de Rondehoep en de Beemster (een bestaand werelderfgoed) zou in het buitenland lastig te begrijpen zijn. Ook vond de selectiecommissie dat er in Nederland meerdere veen ontginningen te vinden zijn.

Een paar jaar geleden is de polder de Rondehoep verkozen tot 1 van de 7 mooiste polders van Nederland.

 

Nes aan de Amstel

Verder stroomafwaarts ligt het dorpje Nes aan de Amstel, horende bij de Gemeente Amstelveen. Het dorp bevindt zich aan de rand van de Bovenkerkerpolder, welke in 1764 werd drooggelegd. Het dorp is in de 16e eeuw ontstaan als buitendijksland waaraan het haar naam Nes aan te danken heeft. Het is dus ontstaan tussen de Bovenkerkerpolderdijk en de Amsteldijk, vanouds de weg van Amsterdam naar Uithoorn. Sinds 1631 is er een Rooms-Katholieke kerk.
Thans wordt het dorpsgezicht grotendeels bepaald door de huidige Rooms-Katholieke Sint-Urbanuskerk, de eerste kerk die werd gebouwd naar een ontwerp van de beroemde architect Joseph Cuypers. Nes aan de Amstel is niet het enige dorp met een Sint-
Urbanuskerk. Ook in Bovenkerk staat er een. De naam is bijzonder en komt, naast de twee voornoemde, nog alleen voor in Ouderkerk aan de Amstel en in Duivendrecht.

 

Amstelveen

Ter hoogte van de Hollandse Dijk begint het grondgebied van Amstelveen, deze dijk vormt de grens tussen de Uithoornse Thamer Polder en de Amstelveense Bovenkerker Polder.De eerste bewoning wordt geplaatst rondom het jaar 1000, maar het kan ook wel 100 jaar eerder zijn geweest.De nederzetting was onderdeel van de parochie van Ouderkerk.De afstanden waren een groot bezwaar voorde gelovigen en daarom werden er filialen, kapellen, gesticht in de omgeving van het oude dorp en in de buurt van het IJ. Daarmee staan wij aan de wieg van een nieuwe gemeente: Nieuwer-Amstel.Op veel plaatsen in Nederland zijn grote oppervlakten veengrond te vinden, zo ook in de omgeving van Nieuwer-Amstel. Vanaf de eerste bewoning tot vlak na de Eerste Wereldoorlog is vrijwel ononderbroken turf gewonnen.Door het afgraven van het veen ontstonden overal veenplassen die in de loop van de tijd allemaal zijn drooggemalen.

Aan het begin van de achttiende eeuw ontstond de Amstelveense Poel. Het is de enige veenplas in de gemeente die nooit drooggelegd is. Het grondgebied van Nieuwer-Amstel strekte zich vroeger uit tot de Ceintuurbaan en de Van Baerlestraat in wat nu Amsterdam-Zuid is. In de raadszitting van 29 oktober 1886 werd besloten een nieuw raadhuis te bouwen dat de gemeente aan de uiterste grens van haar grondgebied liet bouwen, dit om het verzet tegen door de gemeente Amsterdam gewenste gebiedsuitbreiding te benadrukken.Volgens sommigen betekende het jaar 1896 een dieptepunt in de geschiedenis van Amstelveen. In dit jaar verloor de gemeente een flink stuk grondgebied aan Amsterdam, waardoor het inwonertal in een keer terugviel van 35.000 naar ongeveer 5.000. De nieuwe grens tussen Amsterdam en Nieuwer-Amstel lag ongeveer waar nu de rijksweg A10 loopt. De laatste grenswijziging vond plaats per 1 januari 1921, vanaf deze datum vormt de Kalfjeslaan de noordgrens van de gemeente Nieuwer-Amstel. Er ligt nog een stuk grondgebied van Amsterdam, dit betreft de begraafplaats Zorgvlied welke gelegen is aan de Amstel.

 

Ouderkerk aan de Amstel

Er wordt aangenomen dat in de tiende of elfde eeuw mensen zich blijvend vestigden in de omgeving wat nu Ouderkerk aan de Amstel is. De samenvloeiing van de Bullewijk en de Amstel verschafte Ouderkerk een strategische voorsprong op andere locaties. De bisschop van Utrecht onderkende de strategische ligging en stelde Wolfgerus van Aemstel aan als schout. In 1105 wordt hij voor het eerst vermeld maar dat sluit niet uit dat zijn benoeming al op een eerder tijdstip heeft plaatsgevonden. Het geslacht Van Aemstel heeft tot tegen het jaar 1300 geheerst over dit gebied. Aanleiding tot het einde van de heerschappij is de vermeende betrokkenheid van Gijsbrecht van Aemstel bij de ontvoering en doodslag van Floris V in 1296. Er wordt aangenomen dat het familiehuis “t Huys ‘t Amstel” op het oudste gedeelte van de tegenwoordige Portugees Israëlitische begraafplaats gestaan heeft.

Ouderkerk wordt beschouwd als de oudste nederzetting in de omgeving, aangenomen wordt dat het dorp 2 eeuwen ouder is dan Amsterdam. Omstreeks 1275 werd in de monding van de Amstel een dam gelegd waar Amsterdam zijn naam aan ontleent. Amsterdam groeide snel en al snel verloor Ouderkerk zijn heerschappij over het gebied. .

 

 

Amsterdam

De geschiedenis van Amsterdam begint omstreeks het jaar 1000. Toen werd dit moerassige gebied vanuit de Utrechtse regio stukje bij beetje ontgonnen. Vanaf verschillende bestaande veenstromen werden aan weerszijden afwateringssloten gegraven en ontstond een boerengemeenschap van land ontginners. Toen het veen als gevolg van ontwatering begon in te klinken moesten dijken worden aangelegd om het inmiddels lager gelegen land tegen het water te beschermen.

In de 13e eeuw leidde dit tot de aanleg van dijken langs de Zuiderzee en het IJ. In de monding van de Amstel werd een dam aangelegd waar Amsterdam zijn naam aan ontleent. Dit werd de basis van een handelsnederzetting die uiteindelijk tot de machtige handelsstad Amsterdam zou uitgroeien. Het stukje rivier buitengaats, het Damrak, was het begin van de Amsterdamse haven. Het water aan de andere kant van de Dam werd het Rokin. Begin 20e eeuw zijn er restanten van de dam aangetroffen op de plek tussen het Nationaal Monument en het gebouw van De Bijenkorf.

De oudste vermelding van Amsterdam is een document van oktober 1275, waarin graaf Floris V de bewoners tolvrijheid verleent. Over de precieze datum waarop Amsterdam stadsrechten verkreeg is onzekerheid maar een van de mogelijkheden is dat de Utrechtse bisschop Guy van Avesnes de plaats stadsrechten heeft verleend.

De oorspronkelijke bebouwing bevond zich aan weerszijden van de Amstelmonding, langs de huidige Nieuwendijk en Warmoesstraat. De Warmoesstraat werd aan het eind van de Middeleeuwen de rijkste straat van Amsterdam. Doordat Amsterdam in moerasgebied lag, werden bij uitbreiding van de stad steeds grachten gegraven voor materiaal voor ophoging en om voor voldoende afwatering te zorgen. De huizen werden op een fundering van houten palen gebouwd. De nieuwe grachten werden parallel aan het Damrak grachten gegraven en wallen opgeworpen voor nieuwe bebouwing: de huidige Oude- en Nieuwezijds Voor- en Achterburgwallen. Tegen het einde van de 15e eeuw werd een nieuwe ring rond de stad aangelegd: Singel, Kloveniersburgwal en Gelderse Kade. In de 15e eeuw was Amsterdam gegroeid tot de belangrijkste handelsstad van Holland.

Overzicht